Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Een luiaard verbergt de hand [70]in den boezem, en hij zal ze niet weder aan zijn mond brengen. 70. Dat is, hij wil zijne hand aan geen werk slaan. Anders: in den schotel, te weten om spijs daaruit te nemen. De zin is dat hij zo lui is, dat hij nauwelijks de moeite wil doen om te eten. Het is een overtollige manier van spreken. Vergelijk onder hfdst.26 vs.15.